DE LEEUW WORDT DE ‘KONING DER DIEREN’ GENOEMD. EN MET GOED RECHT. EEN LEEUW IS EEN ECHTE JAAGMACHINE. GEEN DIER WAAGT HET OM BIJ HEM IN DE BUURT TE KOMEN.

Jaagmachine
Een leeuw is voor niemand bang. Dat hoeft ook niet dankzij zijn scherpe klauwen en tanden. Toch gaat hij een groot dier als een olifant liever uit de weg. Het liefst jaagt de roofkat op dieren die tussen de 50 en 300 kilo wegen. Als hij de aanval inzet, sprint hij met zestig kilometer per uur achter zijn prooi aan!
Baas
De prooi is gevangen en het is tijd om te eten. Meteen wordt duidelijk wie de baas is: het leeuwenmannetje. Hij mag als eerste eten. Na hem zijn de andere volwassen mannetjes aan de beurt. De vrouwtjes en hun welpen mogen alles wat is overgebleven opeten.


Vijand
Een leeuw is een sterk dier, maar heeft toch een vijand: de mens. Veel mensen jagen op het indrukwekkende dier. De leeuw is daardoor zelfs met uitsterven bedreigd. In heel Afrika leven nog zo’n 32.000 leeuwen. Honderd jaar geleden waren dat er nog minstens 200.000!